Dit is de voormalige woning van jonkheer Jan d’Oosterlinck, in1641 hoofdschapen in het land van Waas. Het huis bevindt zich vlakbij de ingang van het klooster van de zusters van de Verezen Zaligmakers. Het L-vormige bakstenen gebouw is het best bewaarde voorbeeld van Vlaamse Renaissance architectuur op het grondgebied Waasmunster. In 1978 werd het huis grondig gerestaureerd.

“Renaissance betekent in het Frans ‘wedergeboorte’. De stijl vindt zijn oorsprong in Italië en duidt op een terugkeer naar de vormen en de motieven van de klassieke oudheid. Wanneer de Renaissance Vlaanderen bereikt, ongeveer de tweede helft van de 16e eeuw, is ze reeds vermengd met barokinvloeden. Barok is de stijlperiode die opgekomen is na de Renaissance. Een zuivere, Italiaanse Renaissancestijl vindt men nauwelijks terug in Vlaanderen. Vaak gaat het om een in essentie nog gotische gevel (typisch hierbij is de trapgevel) waarop Renaissance- en barokornamenten worden aangebracht. Het is juist de vermenging van gotische elementen met Renaissance ornamentiek die de Vlaamse Renaissancestijl de haar zo typische look geeft.”

De trapgevel springt onmiddellijk in het oog. Het gebruik van een trapgevel vond zijn oorsprong in de traditionele Vlaamse gotiek, maar bleef doorleven tot in het begin van de 18e eeuw. Ook de kruisvensters zijn typisch deze stijl en gaven de Vlaamse Renaissance mee haar typische karakter. Vermoedelijk zaten er glas-in-lood ramen in de bovenlichten van de kruisvensters, maar werden later vervangen door blank glas. Het huis is een typisch voorbeeld van traditionele bak- en zandsteenarchitectuur. Baksteen wordt afgewisseld door welgekozen lagen zandsteen om een architectonisch kleureffect te bekomen. Zo zijn de deur- en raamomlijstingen afgewerkt in zandsteen, net als de hoekkettingen en boogvormige afwerking boven de raamopeningen. Let vooral op de zandstenen lijst die over de gehele breedte van de gevel loopt. Zulke horizontale zandstenenlijsten noemen we speklagen. Het benadrukken van de horizontaliteit is kenmerkend voor gebouwen uit de Renaissance. Het horizontale trekje van de Renaissance staat haaks op het streven van de gotiek naar hoogte en verticaliteit. Vergelijk bijvoorbeeld het Antwerps stadhuis met dat van Leuven. Ook in het huis in de Kerkstraat valt op dat ondanks de in essentie gotische structuur met trapgevel, de architect een zekere vorm van horizontaliteit wou benadrukken.